De prentbriefkaarten hebben al lang genoeg hun tijd gehad; er moest weer wat nieuws op dit gebied komen.
Zoo kondigt zich de phonokaart aan. De naam drukt reeds uit, dat men hier te maken heeft met een „sprekende briefkaart". Om er gebruik van te kunnen maken, hebben verzender en ontvanger een toestelletje noodig, dat phonopostal heet. Het is niet al te duur —en met wat handige reclame is er dra geen huis, waar men het niet heeft.
In het toestelletje wordt de menschelijke stem opgeteekend op een stuk week papier, dat de afmetingen heeft van een briefkaart. Reeds Jules Verne had in een van zijn phantastische romans zulk een denkbeeld geopperd, om de wascylinders der phonografen door een blad papier te vervangen, dat dan als brief kon worden verzonden.
Zoo wordt dus ook deze phantastische schepping van den verbeeldingrijken Franschman, evenals reeds zoo menig andere daarvóór, practisch toegepast.
De trillingen der stem worden door een grift met saphieren punt gekrast in een chemische stof, die op de briefkaart gesmeerd is en den naam Sonorin draagt; het bereiden van deze stof is de eigenlijke verdienste van deze uitvinding. Want het Sonorin is bestand tegen het verzenden per post; de krassen liggen zóó diep, dat bij het stempelen van de briefkaart hoogstens twee of drie woorden verloren gaan, — hetgeen op een spreekkaart van 75 tot 80 woorden niet al te veel is.
Zoo kondigt dus de sprekende briefkaart haar verovering van de correspondeerende wereld aan!
Bronnen
Artikel in Nieuws van den Dag van Nederlandsch-Indië. 24 November 1905.
Rainer E. Lotz z.j. Phonocards & Phonopost History. Exploratory history of the phono postcard
http://www.lotz-verlag.de/Online-Disco-Phonocards.html
Lodewijk van Duuren