Dit is mijn eerste blog over textiel voor de VDP. Ik hoop hier met een zekere regelmaat iets te delen over textiel en handwerken op prentbriefkaarten (PBK) en dan met name over kaarten die me triggeren. Kaarten dus die mij aan het denken en zoeken zetten, zoeken naar achtergrond en informatie over wat er op de kaart te zien is en informatie over de kaart zelf. Deze blogs zijn een verslag van mijn ontdekkingsreis op internet en in boeken en publicaties, aan de hand van zo’n prentbriefkaart met textiel (in (zeer) ruime zin).
Waarom textiel, zult u zich misschien afvragen, maar het antwoord zult u waarschijnlijk ook al kunnen raden. Mijn fascinatie voor PBK begon 25 jaar geleden, maar mijn liefde voor textiel, en vooral het werken met textiel in de vorm van handwerken al toen ik als kind leerde haken en borduren. In de loop van mijn leven heb ik me veel handwerk- en textieltechnieken eigen gemaakt. En hoe meer ik leerde hoe groter mijn interesse werd voor alles van en met draadjes.
Eerst kort een kleine inleiding over wat textiel is en wat ‘handwerken’ is. Daarna volgt een verslag van mijn ontdekkingsreis naar aanleiding van de kaart, en waarom dat geen textiel is (Ceci n’est pas une pipe). Maar wat is het dan wel?
Textiel en handwerkenTextiel is letterlijk "al wat geweven is". Het woord is afgeleid van het Latijnse woord "texere", wat weven betekent. In haar boek ‘Rondom Textiel’ geeft Henriëtte Beukers (2015, pag. 24)een brede definitie voor textiel. Zij geeft aan dat in de loop der tijd textiel de benaming voor alle stoffen is geworden, ook als ze met een andere techniek zijn vervaardigd dan weven. Verder worden er niet alleen de stoffen mee aangeduid, maar ook de producten die er van gemaakt worden, zoals kleding, huishoudtextiel en woningtextiel.
Textiel bestaat vrijwel altijd uit draden gemaakt van vezels van natuurlijke of synthetische oorsprong. Natuurlijke vezels zijn óf plantaardig zoals en linnen en katoen óf dierlijk zoals wol, haren en zijde. Synthetische grondstoffen ontstonden allemaal na de industrialisatie. De twee belangrijkste methodes om van vezels textiel te maken zijn spinnen en vilten (of vliesvorming). Niet alle draden worden door mensen gesponnen, zo wordt zijde gemaakt van de cocon van de zijderups.
Er zijn heel veel technieken om van deze draden stoffen te maken, denk aan weven en breien (tricot) en om van die stoffen weer allerlei ander producten (dingen) te maken, zoals naaien. Daarnaast zijn er veel technieken om de draden en de stoffen en de objecten verder te bewerken en te versieren, denk aan verven en borduren.
Tot de 18e eeuw werd alle textiel met de hand vervaardigd, met behulp van kleinere en grotere werktuigen en hulpmiddelen, van kleine naainaaldjes tot grote weefgetouwen. Van af de 18e eeuw werden machines ontwikkeld om te spinnen, weven en breien. Langzaam, maar steeds sneller werd hand vervaardigd textiel vervangen door machinaal gemaakt textiel. Dit wordt ook mooi geillustreerd in het artikeltje van Johan Pullens over ‘Een thuiswever’ in Brabant (Magazine 159, 2024, blz. 7).
Vanaf de 19e eeuw werd ‘handwerken’ of ‘needlecraft’ steeds meer een bezigheid van vrouwen in de hogere en middenklasse, die over steeds meer vrijetijd beschikten. Er verschenen tijdschriften, boeken en losse patronen. Op veel 19e-eeuwse schilderijen zijn deze handwerkende vrouwen te vinden. Hierop is ook te zien dat het niet alleen vrijetijdsbesteding is, maar ook pure noodzaak: het maken en herstellen van kleding en huishoudtextiel! Deze schilderijen zijn weer veel gebruikt voor ‘fantasiekaarten’ vanaf het eind van de 19e eeuw. Maar daarover gaat dit artikel niet en ik zal hier niet verder ingaan op wat textiel is, daarover kunt u meer lezen in het 4e nummer van het Prentbriefkaartenmagazine van dit jaar (nr 162).
Mona Lisa - Vice Versa, Har Sanders (1970)Om de overgang niet te groot te maken voor papier- en PBK-liefhebbers begin ik met een kaart die wel over textiel en handwerken lijkt te gaan, maar dit in feite niet doet.
Op de NVVP-beurs in december in Bunnik vond ik een intrigerende kaart waarop het stramien voor een borduurwerk was te zien van de Mona Lisa. Zo’n bedrukt stramien was bedoelt om zelf een schilderij na te kunnen borduren. Niets op de beeldzijde wees erop dat het iets anders was. Tot ik de kaart omdraaide en zag dat het een schilderij was van Har Sanders, Mona Lisa – Vice Versa (1970). Ik moest direct denken aan het schilderij van Magritte, met daarop een pijp en daaronder de tekst ‘Ceci n’est pas une pipe‘ (‘Dit is geen pijp’). De officiële titel is “La Trahison des Images” (het verraad van de voorstelling): in letterlijke zin is het inderdaad geen pijp, maar een schilderij waarop een pijp is afgebeeld.
De kaart die ik vond is ‘verraad van de voorstelling’ in veelvoud. Het eerste ‘verraad’: textiel op een PBK is geen textiel, maar papier waarop textiel is afgebeeld. Het tweede ‘verraad’: op deze kaart is niet eens textiel afgebeeld, maar een schilderij waarop textiel wordt afgebeeld. Het derde ‘verraad’ is dat het niet gaat om een afbeelding van de oorspronkelijke Mona Lisa, maar om een borduurstramien waar op de Mona Lisa is na te borduren. En dit laatste kan weer gezien worden als vierde ‘verraad’, omdat je iets wat verf op linnen is, gaat namaken van textiel. Kunt u het nog volgen?
Mijn ontdekkingsreis naar de achtergrond van de kaart volgde twee routes: wat kon ik meer te weten komen over deze kaart en wie was Har Sanders?
De kaart die u hier ziet is de oorspronkelijke kaart die ik vond en zoals u ziet is hij aardig ‘besmeurd’ door ‘Tante Pos’. Ik ging op zoek naar een beter exemplaar en vond die uiteindelijk bij de LastDodo-shop van BoekenBeurs Glanerbrug. Voor nog geen 5 euro kocht ik een mapje met 16 kaarten van schilderijen van Har Sanders! Naast de kaart die ik zocht hebben er nog 7 textiel als thema, zoals “Kussen met teruggeslagen sloop” (1970), “Een echte ‘Marquis’, op ware grote” (1976) en “Deur met werkkleding” (1970). Het zijn schilderijen van heel verschillende afmetingen. Zo meet “Mona Lisa – Vice Versa” maar 50 bij 70 cm (olieverf) , maar is de echte ‘Marquis’ 2 bij 3 meter (acryl). Inderdaad ‘op ware grote’.
De aantal van de schilderijen zijn te vinden in verschillende musea, een deel komt uit particuliere collecties. Zo is op de achterkant van Mona Lisa – Vice Versa te lezen dat hij eigendom is van Ans Sanders en de ‘Marquis’ is van Museum Boymans -van Beuningen in Rotterdam.
Op het mapje en op de achterkant van de kaarten is te lezen dat ze zijn uitgegeven door Erven Thomas Rap, Vijferhof , Eemnesserweg 46, 3741 GB Baarn, Nederland. In de LastDodo catalogus staan nog 6 andere mapjes met 16 prentbriefkaarten, zoals ‘Peter Vos’, en ‘Een spoorweg-schilderijenkabinet’, aangeboden door de Nederlandse spoorwegen. En ook een mapje met 12 ‘verwenskaarten’ van Yrrah. Maar hoeveel mapjes hebben zijn er in totaal uitgegeven?
Op die vraag wordt een antwoord gegeven in artikel van Lodewijk van Duuren in VDP-bulletin 97 van juli 2008 (blz 32 – 33). Op grond van zijn eigen collectie, de catalogus van de Koninklijke Bibliotheek en een krantenartikel in de NRC komt hij tot een totaal van 21 mapjes met 16 prentbriefkaarten. Helaas is van het mapje met kaarten van Har Sanders geen jaar van uitgifte gevonden.
Het copyright van de kaarten staat op naam van Har Sanders en Erven Thomas Rap. Erven Thomas Rap is in 1971 voortgekomen uit uitgeverij Thomas Rap, nadat Thomas Rap en zijn compagnon Jaco Groot uit elkaar gingen.
Har Sanders (1929 -2010)Har Sanders is vooral bekend geworden als hedendaagse realist. Zijn werk bevindt zich in zeker 18 vooraanstaande Nederlandse musea, onder andere in het Van Abbemuseum in Eindhoven, Boijmans van Beuningen in Rotterdam, Noordbrabants Museum in 's-Hertogenbosch en Museum Møhlmann in Appingedam. Ook in veel privécollecties is werk van hem te vinden, onder andere in de collectie van Prinses Beatrix.
Har Sanders – 80 jaar zijn eigen weg: Ter gelegenheid van zijn 80 verjaardag werd er in 2009 in Museum Møhlmann in Appingedam een overzichtstentoonstelling gehouden:
Eén van zijn ‘pièces de résistance’ vormt o.a. het 800m2 grote, hoekige plafond van Theater ‘t Speelhuis te Helmond. Hij beschilderde de volledige ruimte met opbollend en plooiend markiezendoek. Het is één der grootste trompe-l’oeils in Nederland. Minder groot, maar zeker zo bekend zijn de theedoeken, kussenslopen, overhemden, deuren, roosters en tegelmozaïeken van zijn hand
Op 29 december 2011 werd de oorspronkelijke locatie van Theater ‘t Speelhuis en daarmee de schilderingen van Har Sanders door een grote brand verwoest.
Uit bovenstaande stukje bij de tentoonstelling blijkt ook dat het schilderen van textiel een belangrijk deel van zijn oeuvre uitmaakte.
Eltina Dijkstra ([email protected])
Bronnen:
- https://kunstvensters.com/2016/02/13/dit-is-geen-pijp-dit-is-magrittes-claim-to-fame/
- Beukers-Lenselink, Henriette (2015). Rondom Textiel, Henriette Beukers vertelt over haar verzameling, Beukers & Beukers.
- https://en.wikipedia.org/wiki/Needlework (2022-07-14; 14:20)
- https://www.museummohlmann.nl/exposities/har-sanders-80-jaar-eigen-weg/
- https://nl.wikipedia.org/wiki/Har_Sanders